Onze geschiedenis
Vijfentwintig jaar geleden hadden Jean-François d'Hoffschmidt en zijn echtgenote Yolande een melkveebedrijf en trachtten zij hun landbouwactiviteit te diversifiëren. Het idee kwam bij hen op: om bizons te gaan fokken. In 1992 importeerden ze honderd bizonkalveren uit Noord-Dakota. Vandaag de dag lopen er zo'n 200 bizons rond op honderd hectare prairie.
De bizon, de belangrijkste vleesbron van de Indianenstammen, werd tijdens de verovering van Amerika door de blanken in de 19e eeuw gereduceerd tot een paar honderd exemplaren, voordat hij werd beschermd in nationale parken en vervolgens geleidelijk werd grootgebracht op particuliere boerderijen en ranches. De buffel kan zowel strenge winters als zonnige zomers doorstaan en met schraal voer genoegen nemen door in de open lucht te leven, waar hij zijn beweeglijkheid en snelheid de vrije loop kan laten.
